donderdag, 07 mei 2009

Diploma Democratie?!

Mijn PvdA collega’s Henk Leenders en Nora Kasrioui wijdden al een stukje aan de uitkomsten van het NWO onderzoeksprogramma Omstreden Democratie en het daaruit begin april verschenen rapport Diploma Democracy van dr. M.A.P Bovens.

De kloof tussen hoog- en laagopgeleiden zorgt de laatste decennia voor een nieuw soort klassenmaatschappij. Doordat de politieke elite alleen uit hoogopgeleiden bestaat, voelen laagopgeleiden zich niet langer vertegenwoordigd door traditionele politieke partijen zoals de PvdA, de VVD en het CDA. Die nieuwe tegenstelling kan ernstige gevolgen hebben voor de democratie, stellen de Utrechtse bestuurskundige Mark Bovens en zijn Leidse collega Anchrit Wille in het rapport ‘Diploma Democracy’ (…) Omdat de hoger opgeleiden politiek veel actiever zijn, dringen hun opvattingen bovendien veel makkelijker door tot de politieke agenda. Daardoor spelen de ervaringen, wensen en voorkeuren van lageropgeleiden een ondergeschikte rol bij het maken beleid. Denk aan het slopen van wijken, het bebouwen van volkstuinen, of vernieuwingen in het beroepsonderwijs. (Bron)

Ik heb het rapport gelezen, en ik vind deze conclusies te kort door de bocht. Ze lijken het gevolg van een te simplistische oorzaak-gevolg redenatie: Er is een kloof tussen burger en politiek. Er zitten verhoudingsgewijs veel hoogopgeleiden in de politiek. 1 + 1 = De kloof in opleidingsniveau levert gevaar op voor de democratie.

Is dit wel zo? Ik ken hoogopgeleiden die het een *** zal roesten wat er gebeurt in hun stad, zolang zij maar niet te veel belasting hoeven betalen en de auto een beetje in de buurt kunnen parkeren. Aan de andere kant ken ik evenzoveel laagopgeleiden, die hun zorgen over de sociale voorzieningen in hun buurt, het kunnen meedoen in de maatschappij of het onderhoud van hun wijk prima op de politieke agenda kunnen krijgen. Die politiek super-actief zijn. En die mij regelmatig onder tafel discussieren met hun kennis van zaken. Volgens mij ligt het gewoon in de aard van het beestje. Politiek interesseert je, of niet. Je bent betrokken bij de maatschappij, of niet.
Zowel ik, als een aantal van mijn politiek-betrokken kennissen komen uit een volks- tot middenklasse milieu, waar de hoogst genoten opleiding (zeker onder de generatie van onze ouders) een niet afgeronde lts of huishoudschool is – want van school gegaan om te gaan werken. Zelf ben ik door mijn ouders gestimuleerd om kansen te grijpen en altijd nieuwsgierig te blijven. Mijn politieke carriere is dus niet het gevolg van mijn opleidingsniveau, maar van mijn persoonlijkheid. Ik ben nu eenmaal bemoeizuchtig en nieuwsgierig aagje, dat graag het naadje van de kous wil weten. Dáárom ben ik gaan studeren. Dáárom ben ik in de politiek beland.

Natuurlijk moeten we ons zorgen maken over de kloof tussen burger en politiek. Maar het is te makkelijk om puur het opleidingsniveau van politici als belangrijkste oorzaak hiervoor aan te wijzen. In het onderzoek stelt men: “de lager opgeleide achterban herkent zich niet in de koers van het hoogopgeleide kader en stapt massaal over naar nieuwe volkspartijen als de SP en de PVV. De PVV is bij uitstek een partij van lager- en middelbaaropgeleiden.” Maar Geert Wilders is zelf hoger opgeleid, en van zijn 8 fractiegenoten hebben er 7 een HBO- of universitaire opleiding op hun CV staan…

Ik heb de wijsheid niet in pacht – al heb ik een universitaire (beta) opleiding. De kloof tussen burger en politiek is niet in één dag te dichten. Politiek – en politici – moet aansprekend zijn, dichtbij mensen staan, luisteren naar wat er leeft en mensen een stem geven. Alle mensen. Iedere dag. En daar doe ik en mijn partijgenoten onze uiterste best voor. Niet omdat we gestudeerd hebben, maar omdat dat nou eenmaal in de aard van het beestje zit.

Tags: ,

Leave a Reply